Verschillen tussen designers en opdrachtgevers
Wij zijn de moeilijkste niet, vinden wij, en proberen altijd met je mee te denken en vanuit een creatieve hoek dingen te benaderen. Dat is namelijk ons vak! Toch komt het wel eens voor dat opdrachtgevers op onze stoel willen gaan zitten. Ons motto: ieder zijn vak!
Lees hieronder een aantal praktijkvoorbeelden waar je ons stiekem toch wel een beetje mee op de kast jaagt.
Stuur mij het ontwerp even door, dan pas ik het zelf even aan in Word.
Word is geen ontwerpprogramma, maar een tekstverwerker! Designers werken met speciale grafische programma’s zoals Adobe Illustrator, Photoshop of Indesign waarmee drukbestanden professioneel worden opgemaakt. Ik ga tenslotte ook mijn CV ketel niet repareren als ik daar de juiste kennis en gereedschappen niet voor in huis heb.
Hoge resolute afbeeldingen voor drukwerk.
Voor drukwerk zijn afbeeldingen met een minimale resolutie van 300DPI nodig. Dat zijn dus geen afbeeldingen die je via WhatsApp verstuurd of je even snel van Google plukt (los van dat het laatste rechten technisch niet eens is toegestaan voor de meeste foto’s). Ook een veel gehoorde: ‘Heb je mijn logo nodig? Haal hem maar even van de website af…’
Afbeelding passend maken.
Nee! Een afbeelding maak je niet passend door de hoeken zo ver mogelijk uit te rekken tot de uiteinden van je ontwerp. Dan trek je namelijk de afbeelding uit zijn verband en klopt de verhouding niet meer. Resultaat: onduidelijke en onnatuurlijk ogende afbeeldingen.

Beeldverhoudingen
Even aanpassen, is toch zo gedaan?
‘Ik heb hier een ontwerp kan je dat ‘even’ aanpassen?’ Goed drukwerk is goed opgemaakt en dat kost nu eenmaal tijd, zeker als er geen drukwerk waardige bestanden beschikbaar zijn. Dat is dus niet even knippen en plakken in een foto!
Ik ben op zoek naar een origineel ontwerp…
Tja.. wat ik origineel vind, hoef jij als opdrachtgever niet origineel te vinden en andersom. Maar nog belangrijker: origineel is geen stijl! Een goede en duidelijk opdrachtomschrijving is dan ook essentieel voor een succesvol ontwerp.
Hier heb je mijn digitale bestand, maak er maar wat van.
Deze is waar gebeurd (net zoals de rest overigens). Of ik even een advertentie wilde opmaken voor een sponsor van de plaatselijke vereniging waar ik vrijwilliger van ben voor plaatsing in het programmaboekje. Geen probleem dacht ik nog, stuur mij het logo en de info maar digitaal per mail toe, maak ik er wat van. Totdat ik het bestand binnenkreeg: een ingescand visitekaartje. Serieus?!

Aanlevering van digitale bestanden
Hé, zo zag mijn ontwerp er op mijn PC helemaal niet uit!
Kleuren zien er op een gemiddeld scherm nu eenmaal niet hetzelfde uit zoals het uit de printer rolt. Bovendien maakt het ook uit in welk programma je jouw drukbestand op hebt gemaakt (zoals al eerder aangehaald: Word is geen ontwerpprogramma). Wil je toch zelf je drukbestand opmaken, dan vind je hier wat aanleverspecificaties en werktekeningen om je een zetje in de goede te geven. Gratis 😉
Ik wil een flyer / poster en daar moet zoveel mogelijk informatie op komen.
Less is more! Een flyer of poster moet allereerst een voorbijganger pakken. En wat pakt meer dan een kei van foto of een pakkende titel?! Nou.. niets eigenlijk.
Keuze van het lettertype.
Er is meer tussen Arial en Verdana (of erger: Comic Sans). De keuze voor een goed en sprekend lettertype bepaalt mede de uitstraling van jouw ontwerp. Denk er dus goed over na en kies niet altijd maar het standaard lettertype dat door Word wordt voorgeschoteld (had ik al gezegd dat Word geen ontwerpprogramma is?).

Keuze van het juiste lettertype
Doe maar iets met rood en groen.
Oké, maar weet je dat er tig varianten van rood en groen zijn?
Heb jij zelf ook van deze tegenstellingen tussen designers en opdrachtgevers meegemaakt? Deel ze dan in de reacties hieronder.